Door 
Hoofdluis voorkomen is natuurlijk wat iedereen het liefst wil. Maar hoe pak je dit nou het beste aan? En wat zijn de feiten en fabels over die kleine kriebelbeetjes waarvan we het liefst zo snel mogelijk verlost willen zijn? Wij hebben het voor je op een rij gezet. Wie weet, helpt dat een beetje.
Feiten en fabels: Alles wat je moet weten over hoofdluizen
Hoe zien hoofdluizen eruit?
Hoofdluizen zijn grijzige (of bruinige, als er bloed in zit) beestjes tot zo'n 3 mm groot, die je onmiskenbaar als zodanig zult herkennen. De eitjes van de hoofdluis heten neten en zijn zandkleurig tot bijna zwart. Ze zitten stevig vast aan het haar. Voor een beter beeld presenteren we je deze gezellige foto, waarvan je geheid direct jeuk op je kop krijgt.
Kunnen luizen springen?
Nee, luizen springen niet. Ze kunnen zich met hun klauwtjes langs haren klimmend voortbewegen en nog behoorlijk snel ook, maar ze kunnen niet springen en ook niet over gladde oppervlakten lopen. Je hoeft dus niet bang te zijn dat een luis vanaf een kraag van een jas aan de kapstok op jouw jas springt.
Zitten luizen in mutsen, sjaals en jassen en moet ik een luizenzak of -cape aanschaffen voor mijn kind op school?
Nee, een luizenzak is een overbodig item voor wie hoofdluis wil voorkomen en dat staat nu ook in de landelijke richtlijn. Luizen lopen van hoofd naar hoofd via haren, ze lopen niet van een hoofd af om zich in een musts of sjaal te verschansen. Wel zou een luis aan het einde van zijn levenscyclus door verzwakking in een kledingstuk terecht kunnen komen, maar het dier is dan al zo verzwakt dat het zich niet meer op een ander hoofd zal nestelen en vermenigvuldigen. Neten zijn taaier en gezonder, maar die zul je niet zo snel in een kledingstuk aantreffen, omdat ze stevig aan de haren vastzitten.
Klopt het dat luizen meer van schone dan van vieze hoofden houden?
Nee, het maakt een luis niet uit hoe vaak een hoofd wordt gewassen. Zolang er maar haar op zit voelt de luis zich er thuis.
Hoe snel vermenigvuldigt een hoofdluis zich?
Vrouwtjesluizen leggen 4 tot 8 eitjes per dag en blijven in principe 30 tot 50 dagen leven. Een eitje (neet) komt na ongeveer zeven dagen uit. Daarna duurt het nog zeven tot tien dagen voordat de 'nimf' volwassen is en dus een luis is. Daarom ervaar je doorgaans pas een tot twee weken na besmetting jeuk.
Wat moet je doen als je hoofdluis hebt?
Ten eerste: niet in paniek raken. We weten het: leuk is anders, maar met een beetje toewijding kun je er ook vrij snel weer vanaf zijn. Wat je in elk geval niet hoeft te doen is alle knuffels, jassen, mutsen, lakens, slopen en dergelijke op 60 graden wassen. Vroeger werd dit geadviseerd door het RIVM, maar inmiddels is gebleken dat luizen zich daar toch niet ophouden, dus dat scheelt weer een paar wasbeurten. Het uitkoken of vervangen van haarborstels kan natuurlijk geen kwaad.
Vervolgens moet je dagelijks grondig kammen met een luizenkam. Die van Assy is bijvoorbeeld erg goed, hij wordt ook wel de Rolls Royce onder de luizenkammen genoemd. Doe dit kammen met nat haar, waar een flinke dosis onuitgespoelde crèmespoeling in zit, niet alleen omdat de kam er makkelijker doorheen glijdt, maar ook omdat de luizen hierdoor op hun plaats blijven zitten en je er dus geen mist. Na twee weken kammen ben je officieel hoofdluisvrij, omdat je dan zeker weet dat alle neten ook zijn uitgekomen.
Heb je geen zin om de luizeneliminatie puur van je kam te laten afhangen? Gebruik dan een anti-luizenmiddel op basis van dimeticon. Dit is een middel waar luizen niet resistent tegen kunnen worden (wat bij vroegere middelen wel gebeurde), omdat het werkt op een fysische manier: het bevat geen pesticiden (dus is gezonder voor je lijf) maar dringt door tot de ademhalingsorganen van luizen, zodat de diertjes stikken. Helaas moet je dit middel wel na zo'n 9 dagen voor een tweede keer gebruiken, omdat dan ook alle neten zijn uitgekomen (en het is nog voordat die diertjes zich kunnen voortplanten). Aanbevolen wordt om dit middel te gebruiken in combinatie met het kammen.
