Een opvallende en even zo belangrijke uitkomst van een onderzoek van het Erasmus MC en het RIVM, waarover NRC bericht: muizen die door erfelijke aanleg snel verouderen, leven drie keer zo lang als ze 30 procent minder te eten krijgen. 

Wat de onderzoekers daar uit concludeerden? Kinderen met erfelijke ziekten krijgen nu meestal meer eten (want ze groeien slecht, en dus moet er meer voeding in, zo luidt de opvatting), terwijl ze waarschijnlijk juist gebaat zijn bij mínder eten. 

Voor de studie werden muizen met een ontbrekend gen gebruikt, waardoor zij niet in staat waren DNA-schade in hun lichaamscellen goed te herstellen. Iets dat bij de mens ook gebeurt: iedere seconde gaan er bij ons wel DNA-moleculen stuk, onder invloed van onder meer zonlicht, radioactieve straling en stofwisselingsproducten.

Als je gezond bent, hoeft dat geen probleem te zijn: de DNA-schade herstelt vanzelf. De muizen in de experimenten hadden zo'n gebrekkig DNA-herstel dat ze niet alleen klein bleven, maar ook maar 4 tot 6 maanden oud werden, in plaats van de gewoonlijke 2,5 tot 3 jaar . De muizen die minder te eten kregen, hadden veel minder DNA-beschadigingen, vooral in het zenuwstelsel.

'In cellen met veel beschadigd DNA kan kanker ontstaan, maar ze kunnen ook doodgaan, of in een soort ingeslapen toestand in de organen blijven zitten. Ze delen dan niet meer. Beide laatste effecten versnellen de veroudering', zegt  moleculair geneticus Jan Hoeijmakers in het NRC

Natuurlijk, er zijn kanttekeningen te plaatsen bij een boute stelling als 'hoe minder je eet, hoe minder DNA-schade je krijgt.' Immers: jarenlang te weinig eten, brengt ook de nodige schade toe, en je gaat er bovendien ook niet  jeugdiger van uit zien, maar goed, een uitkomst als deze geeft voer (ha! voer - eten!) voor verder onderzoek.