We pakken ze graag aan, taalverloederaars. Daarom: deze woorden mag je echt nooit, nooit meer op deze manier uitspreken. Gewoon, omdat de uitspraak echt nooit zo bedoeld was.
1. Uuro
Toegegeven, deze misse uitspraak van het woord euro kom je vooral tegen waar uuro een daalder waard is. Op de markt dus. Waarom? Ja, wáárom? We spreken sleutel toch ook niet uit als slutel? En deur toch ook niet als duur? Waarom zou je euro dan in vredesnaam wel uitspreken als uuro?
2. Catalógus
Is ook best lastig hoor, dat Latijn. Maar laten we die Latijnse woorden die in de Nederlandse taal zijn opgenomen in hemelsnaam wel op de juiste manier uitspreken. Dus met de klemtoon op de juiste plaats. Catálogus dus, en niet catalógus.
3. Pagína
We weten niet waarom, maar página uitgesproken als pagína is ineens een beetje een vunzig woord. De klemtoon hoort op de eerste lettergreep te liggen. Hetzelfde geldt overigens voor vágina.
4. Alumilium
Het woord aluminium blijkt voor velen een tongbreker van jewelste te zijn. A-lu-mi-NI-um. Zo moeilijk is het echt niet.
5. Zuiker
In een poging tot correct Nederlands spreken, die zijn doel volledig voorbijstreeft, spreken sommige mensen de S uit als een Z. Die zeggen dan zuiker, zamenleving en zommige. Wij vinden dat intens ztom.
6. Zeuven
Het is altijd een bepaald type mens dat zeven uitspreekt als zeuven. Het type dat zijn buurman erop aanspreekt dat hij zijn heg nodig weer eens moet bijknippen. Het type dat willekeurige mensen op straat aanspreekt op het begaan van een onschuldige overtreding. Bah.
7. Betmintun
Het mag dan misschien niet populaire volkssport nummer één zijn, dat is geen geldig excuus voor de belabberde uitspraak van badminton als betmintun.
8. Ómelet
Het is ommelet, met een korte O. We geven toe: het is verwarrend, omdat je dan eigenlijk een dubbele 'm' zou verwachten. Maar dat rechtvaardigt toch echt niet een verkeerde uitspraak.
9. Párfum
Nog zo'n uit het Frans overgewaaid woord. Dat je met de klemtoon op z'n Frans dient uit te spreken, dus op de laatste lettergreep. Wie párfum zegt, verdient niet meer dan een wc-verfrisser.
10. Indentiteit
Het is intentie, maar het is identiteit. Wie de intentie heeft om indentiteit te zeggen, moet zijn basisschool maar weer eens overdoen.
11. Eensgezinswoning
Hoe eensgezind het gezin dat in dit type woning woont ook moge zijn, het is geen geldige reden voor de samentrekking tot het woord eengezinswoning.