Bénédicte Ficq is een uitblinker in haar vak, valt wel te stellen. En dat vinden er meer. Zo wordt ze door haar advocatencollega's al jaren op rij bekroond met eretitels als Beste Vrouwelijke Strafpleiter, is ze de Ficq in advocatenkantoor Meijering Van Kleef Ficq & Van der Werf, vertegenwoordigde ze befaamde en veelbesproken bokser Badr Hari en deed ze een heleboel stof opwaaien toen ze afgelopen april samen met longkankerpatiënt Anne Marie van Veen besloot de tabaksindustrie voor de rechter te slepen.
Dat ze stof doet opwaaien bij de mensen, is Ficq inmiddels wel gewend. Sinds haar afstuderen als meester in de rechten aan de Universiteit van Groningen medio jaren tachtig, had ze in tal van strafzaken het laatste woord. Veel van die zaken werden trouwens op de voet gevolgd door dames heren media. De bekendste is misschien wel de balpenmoordzaak van begin jaren negentig. De verdachte werd daarbij in hoger beroep vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs.
'Mijn beroep gaat over meer dan wettelijke bevoegdheden, ik heb een sterke behoefte naar mentale betrokkenheid, zonder dat ben ik niets,' is een van d'r uitspraken die haar sieren. Eindeloos op zoek naar de juiste manier van handelen in het rechtssysteem. De rol die de media hierin spelen, maakt haar dan geen biet uit, voldoening haalt ze uit minder bekende zaken.
Meer dan terecht dus, die eretitels als Beste Vrouwelijke Strafpleiter. En meer dan terecht dat ze Bazaars vrouw van de week is!
