Hoewel het aantal vrouwen in de politiek nog nooit zo hoog is geweest als nu, verlaten vrouwelijke bestuurders massaal de politiek in Nederland. Een van de genoemde oorzaken? Misogynie, oftewel vrouwenhaat. Vanwaar deze afkeer van vrouwelijke politici? En nog veel belangrijker: wát kunnen we hiertegen doen? Bazaar’s Stephanie ging erover in gesprek met psycholoog Nanja Kolk.

Afkeer van vrouwelijke bestuurders

Uit cijfers van het Ministerie van Binnenlandse Zaken blijkt dat vrouwelijke bestuurders de afgelopen jaren aanzienlijk meer werden bestookt met haatberichten dan hun mannelijke collega's. Van Sylvana Simons tot Femke Halsema: deze bewonderenswaardige vrouwen werden onophoudelijk bedreigd met verminking, verkrachting of de dood. En Sigrid Kaag, zo concludeerde De Groene Amsterdammer na een diepgaande data-analyse, ontving de meeste haatberichten van allemaal: elk kwartier één!

Hoe kan het dat zulke krachtige, moedige en intelligente vrouwen voortdurend naar beneden worden gehaald? Op 17 maart 2021 bracht ik mijn stem uit op Kaag omdat ik in haar geloofde. Omdat ik ervan overtuigd was dat ons land gebaat zou zijn bij een vrouw die zoveel beheersing, kennis en kosmopolitisme in huis heeft. Nooit had ik verwacht dat zij uitzinnig zou worden gehaat om juist deze eigenschappen. Maar bovenal, omdat ze vrouw is.

Bedreigd worden hoort er niet bij

Marjoleine de Vos sloeg de spijker op de kop in haar column voor NRC vorig weekend: 'Het is een nogal onthutsende gedachte dat juist alles wat ik aan Sigrid Kaag bewonderde, haar zo gehaat maakte dat ze nu opgeeft. En nog onthutsender dat er mensen zijn die schouderophalend zeggen: "Dat hoort er nu eenmaal bij".'

Beledigd en bedreigd worden hoort er niet bij. Iedere vrouw — politica of geen politica — verdient een veilige werkomgeving. Zo vindt ook Nanja Kolk: 'De politiek en journalistiek zijn verhard en gepolariseerd. Er wordt veel op de persoon gespeeld,' stelt de psycholoog én auteur van Egotrip. 'Terwijl we juist moeten focussen op de inhoud. Want daar gaat het toch om?', aldus Kolk.

Verslaafd aan de 'vadercultuur'

Van alle landen waar Kaag heeft gewoond, is zij nog nooit zo bang geweest als in Nederland. Ik vind dat ronduit schandalig. Hoe kan het dat een gedeelte van het Nederlandse volk zoveel afschuw voelt jegens Kaag? Kennelijk voelt een gedeelte van de Nederlanders de noodzaak om haatberichten te sturen omdat vrouwelijke bestuurders een bedreiging vormen voor hun overtuigingen. En dat terwijl vrouwen vaak steengoede politici zijn.

Janka Stoker, hoogleraar leiderschap en organisatieverandering aan de Rijksuniversiteit Groningen, onthulde ooit aan Het Parool: 'Vrouwen zijn inderdaad vaak betere leiders, maar juist niet omdat ze zo ‘vrouwelijk’ leidinggeven. Ze doen het beter omdat ze zich eerst als leider moeten bewijzen. Terwijl mannen, zelfs met middelmatige kwaliteiten, op basis van toegedicht leiderschapspotentieel gemakkelijk omhoog klimmen. Hij is een man, dus hij zal wel een krachtdadige, goede leider zijn, is hierbij de gedachte'.

Kolk neemt mij in ons gesprek mee terug in de tijd: 'In Nederland zijn wij verslaafd aan de zogenaamde "vadercultuur". Al duizenden jaren zien wij de man als hoofd van het gezin, als iemand die sterk en daadkrachtig is. De vrouw zien wij daarentegen als zacht, gevoelig en zorgzaam'. Ze vervolgt: 'Vrouwen die macht hebben en weten waar ze het over hebben passen niet bij onze overtuigingen. Ze roepen irritatie op, bij mannen, maar ook bij vrouwen'.

Cognitieve dissonantie

In de psychologie spreekt men ook wel van 'cognitieve dissonantie'. 'We zoeken constant naar manieren om onze overtuigingen (cognities) met elkaar te laten rijmen', aldus Kolk. Als ze niet rijmen (dissoneren) dan zoeken we naar andere verklaringen, in plaats van onze overtuiging aan te passen. 'Onze overtuiging is dat vrouwen bescheiden en volgzaam moeten zijn. En als ze sterk zijn en zakelijk, tsja, dan moet er wel iets mis met ze zijn. We gaan in elk geval niet aan onze diepe overtuiging twijfelen. In het diepgewortelde beeld kan het niet waar zijn dat sterke vrouwen gewoon goede leiders zijn'.

Te weinig testosteron

Hoewel veel onderzoek uitwijst dat vrouwen betere leiders zijn, leiden de beledigingen en bedreigingen er desondanks toe dat vrouwelijke politieke leiders massaal de politiek verlaten. Hoe komt dit? Waarom zijn vrouwen niet beter bestand tegen al dat verbale geweld? If you can’t stand the heat, get out of the kitchen, toch?

Als we neurowetenschapper en psychiater Iris Sommer mogen geloven, werkt het verschil tussen het mannen- en vrouwenbrein niet echt mee. In haar boek Het Vrouwenbrein schrijft zij: 'Waar het denkvermogen van de man en vrouw niet veel verschilt, is er wel een opvallende ongelijkheid in persoonlijkheid: het stresssysteem werkt anders'. Kolk legt uit: 'Door een verschil in testosteron zijn mannen van nature strijdlustiger en hebben zij meer vertrouwen in hun eigen kunnen. Vrouwen daarentegen zijn gemiddeld gevoeliger van aard en hebben de neiging zichzelf te onderschatten'.

De politieke arena is agressiever dan ooit. Het gaat vol op de persoon. Het is goed mogelijk dat deze bloedige strijd stressvoller is voor het vrouwen- dan voor het mannenbrein. Met als gevolg dat vrouwen sneller denken: ik ben er wel klaar mee.

Vrouwen moeten voor elkaar opkomen

Hoewel steeds meer vrouwen de politiek ingaan, leidt de continue stroom aan beledigingen en bedreigingen ertoe dat ze ook massaal de politiek weer verlaten. 'Als je zoveel haat naar je hoofd geslingerd krijgt is het moeilijk om je ervoor af te sluiten, ook al heb je nog zoveel zelfvertrouwen', vertelt Kolk.

Ons man- en vrouwbeeld zit vastgeroest in onze maatschappij. Toch is er wel degelijk iets dat we kunnen doen tegen vrouwenhaat in de politiek, om te voorkomen dat vrouwen de politiek verlaten. Betrap jezelf op je eigen vooroordelen en spreek anderen erop aan. Er heerst in Nederland een cultuur om 'niets te zeggen'. Duiken, wegkijken en mensen naar de mond praten lijkt makkelijker dan er tegenin gaan. 'Hier moet verandering in komen', stelt Kolk. 'De volgende keer als je mensen hoort zeggen dat ze vrouwen als Sigrid Kaag, Sylvana Simons of Femke Halsema irritant vinden, buig dan het gesprek om en vraag naar een inhoudelijk argument. Want daar moet het over gaan'. Ze sluit af: 'Deze vrouwen verdienen ons volste respect, ze zijn tough enough om de politiek in te gaan en het uit te houden. En het belangrijkste: ze maken vrouwenhaat bespreekbaar'.