Steeds meer Amerikaanse vrouwen kiezen ervoor om geen kinderen te 'krijgen', aldus de laatste cijfers. Bijna de helft van de vrouwen tussen de 15 en 44 jaar had in 2014 geen kinderen, het hoogste aantal ooit, volgens Time. Misschien had het aantal er anders uitgezien als ze de leeftijdsgrens een pietsie hadden verhoogd, want op je 15e kies je door de bank genomen niet vaak voor kinderen, maar toch, het geeft te denken.

Het artikel heeft het over betere anticonceptie en gooit er ook nog even de financiële crisis en ambitie als redenen in. Maar er wordt met geen woord gerept over die ándere mogelijkheid: misschien willen ze simpelweg geen kinderen?

Even voorstellen: Sigrid, 37 jaar, samenwonend, allebei een baan, koophuis met tuin en kliko, auto, konijn, picture perfect dus.

De vraag of ik kinderen wil dan wel heb, krijg ik pak 'm beet minimaal 2 keer per maand.

Het gekke is dat een helder nee als antwoord op die vraag kennelijk niet volstaat. Want wat er volgt: vragende ogen, of een verwachtingsvolle stilte.

Waarom zou er nog iets moeten komen op mijn stellige 'nee', als mensen vragen of ik kinderen heb, dan wel wil? Waarom behoeft het meer uitleg dan het feit dat ik niet wil? Als er iemand verheugd aankondigt dat zij zwanger is, kijk ik diegene ook niet met vragende ogen aan. Ik laat geen stilte vallen. En ik vraag zeker niet waarom, terwijl mij wel vaak 'waarom niet?' wordt gevraagd.

Waarom behoeft het meer uitleg dan het feit dat ik niet wil?

Ik heb verschillende antwoorden, een beetje afhankelijk van de steller van de vraag, de manier waarop en mijn bui (en wellicht de tijd van de maand, wat dan weer samenhangt met mijn bui).

Zijn zowel vragensteller, tone of voice (geloof me, die kan verkeren) als moi oké, dan lach ik en zeg ik: 'nee, ik wil het gewoon niet, dat kan hè?', waarna we vervolgens over gaan op een ander onderwerp. Niet omdat het onderwerp pijnlijk of complex is, maar omdat de vraag beantwoord en daarmee iedereen tevreden is.

Aangezien de statistische kans dat die combinatie plaatsvindt even groot is als een jaar lang gratis Ferreror Rocher winnen bij een Facebook like en win-actie, vindt er meestal een kruisverhoor plaats.

Als de regen 's ochtends in mijn gezicht heeft geslagen, waardoor mijn haar is uitgezakt, mijn to do list never ending blijkt en de parttime moeder tegenover me me in een Desigual-jurkje verontwaardigd aankijkt, (hé, niemand zei me dat ik niet mocht overdrijven) hanteer ik de botte bijl-methode.

Dan luidt mijn antwoord: 'Nee, dat wordt wat lastig als je vriend een gedeeltelijke dwarslaesie heeft.' Wat ook zo is, want daar valt niet mee te spotten. Die dwarslaesie heeft er overigens alleen voor gezorgd dat de niet bestaande wens om kinderen te krijgen ook praktisch niet vervuld wordt, dus er is geen 'oh, wat erg' nodig.

Hij is hard. En ook niet altijd gepast. Dat weet ik, daar ben ik me van bewust. Maar is de vraag of iemand kinderen wil, of waarom zij ze niet heeft, dat wel? Juist.

Daarom is het vreemd dat demograaf Andrew J. Cherlin over het dalend aantal moeders in een volgend artikel zegt: 'There is no need to stress out'.

Om het op z'n Amerikaans te zeggen: WTF?!

Waarom zouden wij ons zorgen moeten maken over het feit dat er steeds minder vrouwen voor kiezen geen kinderen te willen? Ja, nee, helder, er is reden tot stress als opeens álle vrouwen besluiten kinderloos door het leven te gaan. En voordat ik word afgeschilderd als een gefrustreerde kinderhatende feminist: all is good, is mijn lijfspreuk. Iedereen moet lekker doen wat-ie wil, kinderen of geen kinderen, wel of geen verantwoording afleggen, ja of nee antwoorden, doe wat je wilt.

Voordat ik word afgeschilderd als een gefrustreerde kinderhatende feminist: all is good.

Maar een expert die zegt dat wij ons geen zorgen hoeven te maken over iets dat wij kennelijk zelf (even) niet willen, die vat ik even niet.

Linksom of rechtsom: ik wil dus geen kinderen. Plus: ik wil me daarvoor niet hoeven te verantwoorden. En dus doe ik dat steeds minder vaak. Laat ik de vragende ogen de vragende ogen en de stilte de stilte, na mijn 'nee'.

Of ik verwijs ze in het vervolg naar dit artikel. Ook weer goed voor de clicks.

Ik zeg win-win.