Het is Black Friday vandaag, en Nederland doet gezellig mee. Op z'n Nederlands, dat wel. Want waar ze in Amerika een dag na Thanksgiving stunten met kortingen van vijftig procent, wordt er bij ons met een beetje geluk 20 procent van de prijs afgesnoept. 

Niet per se aanleiding om je tentje ergens op te gooien (misschien past de term Grey Friday ons voorlopig beter) maar toch: we doen gezellig mee en wie het kleine niet eert… precies. Komt wel bij dat wij ons niet met gevaar voor eigen leven in al het discountgeweld hoeven te storten – in Amerika wil er nog weleens iemand het hoekje omgaan.

Laten we het ook nog even hebben over die ongezellige naam. Want Black Friday klink toch hartstikke als een nationale rouwdag? In 1965 werd-ie ingewijd ter verwijzing naar de enorme verkeersdrukte een dag na Thanksgiving. Begin jaren tachtig was daar pardoes een nieuwe theorie, namelijk: Black Friday is de dag waarop winkeliers na maanden verlies uit de rode cijfers kruipen en in de zwarte komen – en dus winst gaan maken. Klinkt stug (van januari tot december verlies, ja?). En dat is het ook.

Goed, rest ons alleen nog een lijst webwinkels op te gooien waar het geweldig scoren is.