1. De Mode

Geen stad in het land waar de bewoners het goedgekleed flaneren zo beheersen als Maastricht. Niet dat de binnenstad met al haar kinderkopjes uitnodigt om er op elegante hakken rond te kuieren, maar die hakken draag je maar lekker 's avonds, in een van de vele cafés of restaurants. Met stip op één als favoriete winkel is de boetiek van Kiki Niesten, die een fenomenale keuze aan kleding en accessoires heeft uit topmerken als Céline, Lanvin, Dries van Noten, Prada, Alaïa en Balenciaga. Daarbij is de winkel aangenaam ingericht, met lekker ruime en fijn verlichte paskamers, en – het allerbelangrijkst! – behulpzaam, vakkundig én eerlijk personeel.

Behalve het Stokstraatkwartier is ook Maastrichts rive droîte Wyck (waar mijn vader en mijn bomma geboren zijn) een prima stuk stad om te winkelen. Beetje krap bij kas? Neem dan de trein of auto naar Designer Outlet Roermond om daar de winkels van onder veel meer Armani, Burberry, Bally, Gucci, Dolce & Gabbana en Prada door te struinen op zoek naar afgeprijsde schatten.

2. De bossen

Niks ten nadele van de Utrechtse heuvelrug of de Veluwe, heus niet, maar er gaat niks boven boswandelingen in Zuid-Limburg. Nergens in Nederland heuvelt het zo lekker als daar, nergens zijn de wegen zo mooi hol, de kruisbeelden langs de route zo aandoenlijk en de flora en fauna zo divers. Van kinds af aan loop ik graag en vaak over de Sint Pietersberg, waar mijn wieg stond en waar ik tot ik ging studeren bleef wonen. Loop westwaarts langs de kerk van Sint Pieter op de Berg (waar ik mijn eerste communie deed) en het kasteeltje van André Rieu (waar vroeger mijn schoolvriendje Joost woonde), richting Wallonië. Tip: onderweg even een kaarsje opsteken bij de Lourdesgrot op de Ursulinenweg en vervolgens stoppen bij Buitenplaats Slavante voor vlaai of goddelijk zuurvlees met frieten. Of loop eenmaal op de berg oostwaarts door het bos richting het Vlaamse dorp Kanne, waar wielerheld Tom Dumoulin woont. Je komt langs de spectaculaire ENCI-groeve en het Poppelmondedal, met zicht op Chateau Neercanne – óók een zalige pleisterplaats voor lunch of diner op stand.

Verdere favorieten: het Savelsbos nabij Gronsveld en Eckelrade (waar mijn boerenroots van vaderskantliggen) en het bloedstollend prachtige Geuldal (waar mijn roots van moederskant liggen), langs de vakwerkhuizen, de groene heuvels en de meanderende Geul.

3. De kerken

Of je nou katholiek bent of niet, even een pas op de plaats maken en stil zijn is altijd fijn. En als je geen mindfull moment kunt gebruiken, verbaas je dan over ouderdom, versiering en architectuur van bijvoorbeeld de tiende-eeuwse Sint Servaasbasiliek en de nevengelegen veertiende-eeuwse Sint Jan op het Vrijthof, of de twaalfde-eeuwse Onze Lieve Vrouwe op het gelijknamige plein in Maastricht. Ga bij de laatste zeker even langs bij het Mariabeeld om er een boezjieke op te steken.

Ook het bezoeken waard: de Cunibertuskerk in Wahlwiller (de kruiswegstaties zijn van de hand van kunstenaar Aad de Haas), het klooster van de Redemptoristen in Wittem en de kerk van de Heilige Nicolaas en Barbara in Valkenburg, maar die laatste dan eigenlijk vooral omdat mijn ouders er getrouwd zijn.

4. Het eten

Hoe goddelijk vlaai is heb ik al eerder bezongen, maar er zijn vele andere delicatessen die in Maastricht beter smaken dan elders. Allereerst zoervleis: suddervlees van rund (of paard) met frieten. De lekkerste eet je bij Café Sjiek of bij Slavante op de Sint Pietersberg. Dan is er nog roggebroed mèt huijdvleis, niet vragen wat het is, gewoon bestellen als het ergens op de kaart staat. Wat mijn moeder ook al zo heerlijk kon maken: tête de veau, kalfsvlees in tomatensaus met zilveruitjes, hardgekookt ei en augurk, bij voorkeur met witbrood. En last but certainly not least: Rommedoe, Limburgse stinkkaas die zalig smaakt maar harder stinkt dan welke Franse fromage ook. Als je er eentje meeneemt naar huis, verpak 'm dan luchtdicht onder een stolp of doe het kaasje los in een aanhanger achter je auto, want eenmaal in de wagen gaat die lucht nooit meer weg.

5. Carnaval

De leukste liedjes, de fraaiste pekskes, de mooiste straotcarneval: als er iets is waar ik als superchauvinistische Mestreechse nóg chauvinistischer van word, dan is het wel carnaval. Gá gewoon een keer, laat je overdonderen, dein mee, laat je gaan. Goei diech dedoor!! Meer overtuiging nodig? Of zelfs een hekel aan vastenavond? Lees dan vooral nog even mijn open brief aan de carnavalhater.

Enthousiast geworden? Kijk dan vooral even op Limburg Lonkt voor heerlijke foto's en verhalen van de bekoringen van Zuid-Limburg.