Voor moederdag vroeg ik één ding: een schoonmaakservice voor het huis. Met name voor de badkamer en vloeren. En de ramen, als de meerkosten niet al te hoog uitvielen. Het cadeau was voor mij niet zo zeer dat het schoonmaken op zich, maar het feit dat ik voor een keer niet de leiding had over de organisatie van de huishoudelijke activiteiten. Ik zou niet zelf hoeven bellen, researchen en de betaling regelen, noch zou ik een tijd hoeven in te plannen. Het echte cadeau waarnaar ik verlangde was om even bevrijd te worden van de emotionele arbeid die gepaard gaat met een simpele taak die toch al een tijd door mijn hoofd speelde. Het schone huis zou slechts een bonus zijn.

Mijn man wachtte tot ik van gedachte zou veranderen en zou switchen naar een makkelijker cadeau dan een grote schoonmaak, iets waarop hij gewoon kon klikken op Amazon. Teleurgesteld door mijn standvastigheid met betrekking tot mijn wensen, belde hij een dag voor moederdag met een schoonmaakbedrijf, waarna hij oordeelde dat het te duur was en beloofde dat hij de badkamer zelf wel even onder handen zou nemen. Uiteraard legde hij de keuze bij mij. Hij vertelde het hoge bedrag dat het schoonmaakbedrijf vraagt voor zijn services (aangezien ik het huishoudbudget beheer) en vroeg toen of ik echt wilde dat hij het zou boeken.

Wat ik wilde, was dat hij zijn vrienden zou vragen om aanbevelingen, nog een stuk of vier andere bedrijven zou bellen, nou ja, gewoon het emotionele werk zou doen dat ik zelf ook zou doen wanneer ik deze taak zou hebben. Ik verlangde al zo'n tijd naar een grondige schoonmaak door een professioneel bedrijf, helemaal nu mijn freelance-werkzaamheden zo waren toegenomen. De reden dat ik het nog niet geboekt had was gedeeltelijk dat ik me schuldig voelde over mijn eigen nalatigheid jegens het huishouden en een groter deel dat ik opzag tegen alles wat erbij komt kijken om zo'n service in te huren. Ik wist precies hoe vermoeiend het zou zijn. Juist daarom vroeg ik het aan mijn man, als cadeau.

Volgens Dr. Michele Ramsey, Professor Communicatie aan Penn State Berks, draait het bij emotionele arbeid vaak om probleemoplossen. 'De assumptie is dat mannen de probleemoplossers zijn, omdat vrouwen te emotioneel zijn', legt hij uit. 'Maar wie lost er in werkelijkheid het gros van de problemen op het werk en thuis op?' Als manager van ons huishouden voor mijn man en drie kinderen weet ik vrijwel zeker wat het antwoord is. Ik kreeg een ketting voor moederdag en mijn man stiefelde naar boven om de badkamer onder handen te nemen, terwijl ik achterbleef om voor onze drie kinderen te zorgen en te voorkomen dat de rest van het huis in totale wanorde zou opgaan.

Voorzichtigheid om de lieve vrede te bewaren en mensen niet op de kast te jagen is iets dat vrouwen al op jonge leeftijd wordt aangeleerd.

In zijn ogen deed hij wat ik het liefst wilde, nu hij me een glimmend schone badkamer bezorgde zonder dat ik daar zelf iets voor hoefde te doen. Daarom was hij ook gefrustreerd toen ik voorbijliep en geen dankbaarheid toonde, geen blik wierp op zijn hand en spandiensten maar wel zijn schoenen, shirt en sokken opruimde, die op willekeurige plaatsen op de vloer waren achtergebleven. Ik struikelde over de doos pakpapier die hij twee dagen eerder van de hoogste plank had getrokken en middenin de kast had laten liggen. Om het terug te leggen moest ik een keukenstoel pakken en de kast in slepen, zodat ik bij de plank kon waar het hoorde te liggen.

'Je had me alleen maar hoeven te vragen om het terug te leggen hoor' zei hij terwijl hij me zag ploeteren.

Het was duidelijk dat de doos in de weg lag, dat hij diende te worden opgeruimd. Het zou zo eenvoudig voor hem zijn geweest om even naar boven te reiken en de doos weer op te bergen. Maar in plaats daarvan stapte hij eromheen, het ding voor twee dagen bewust negerend. Het was aan mij om hem te vertellen dat hij iets moest opruimen dat hij nota bene zelf had gepakt.

'Dat is precies mijn punt,' antwoordde ik, nu in tranen. 'Ik wil het niet hoeven vragen.'

Het huilen, het tegen hem uitvallen, het had uiteraard ook weer damage control nodig. Ik moest hem vertellen hoe zeer ik het waardeerde dat hij de badkamer schoonmaakte, maar dat hij het misschien op een ander moment kon doen (bijvoorbeeld wanneer onze kinderen op bed lagen) . Daarna probeerde ik voorzichtig het concept van emotionele arbeid uit te leggen: Dat ik de manager van het huishouden ben, en dat dit een heleboel ondankbaar werk behelst. Werk aan andere mensen delegeren, dus hem vertellen dat hij iets moet doen dat hij uit zichzelf had moeten doen, is zo vreselijk vermoeiend. Ik probeerde hem uit te leggen dat ik de doos al twintig keer had zien staan, de afgelopen dagen, en dat de doos hem pas opviel toen ik probeerde hem terug te zetten op de plank waar hij hoorde te staan. Deze uitleg vereiste ongelofelijk veel zelfbeheersing.

Voorzichtigheid om de lieve vrede te bewaren en mensen niet op de kast te jagen is iets dat vrouwen al op jonge leeftijd wordt aangeleerd. 'Over het algemeen gender-stereotypeert de samenleving emoties door keer op keer de misvatting te bevestigen dat vrouwen altijd, van nature en biologisch, beter dan mannen in staat zijn om gevoelens te voelen, beheersen en uitdrukken,' zegt Dr. Lisa Huebner, gendersocioloog met als specialisatie emotionele arbeid. 'Natuurlijk zijn sommige mensen op basis van hun persoonlijkheid beter dan anderen in staat zijn om emoties te managen, maar ik durf te stellen dat er geen sterk bewijs is dat deze eigenschap door sekse wordt bepaald. Tegelijkertijd heeft de samenleving allerlei manieren om ervoor te benadrukken dat vrouwen verantwoordelijk zijn voor hun emoties. Terwijl mannen een vrijbriefje krijgen. Dat is welbeschouwd heel onnatuurlijk.'

Ik wil het huishouden niet micro-managen. Ik wil een partner die gelijkwaardig initiatief toont.

Mijn man is een goede man, een goede feminist zelfs. Ik zag dat hij zijn best deed om te begrijpen wat ik hem probeerde uit te leggen. Maar hij begreep het niet. Hij zei dat hij me meer zou helpen met schoonmaken en opruimen. Hij herhaalde dat ik het alleen maar hoefde te vragen. Maar daarin ligt nu juist precies het probleem. Ik wil het huishouden niet micro-managen. Ik wil een partner die gelijkwaardig initiatief toont.

Maar helaas is dat niet zo eenvoudig als het hem vertellen. Want ondanks zijn goede karakter en lovenswaardige intenties, reageert mijn man nog steeds op een heel patriarchale manier op kritiek. Hem dwingen om emotionele arbeid als hard werk te erkennen, voelt voor hem als een persoonlijke aanval op zijn karakter. Als ik willekeurige emotionele taken die ik uitvoer zou moeten aanwijzen - hem herinneren aan zijn verjaardagen binnen zijn familie, het hele schoolhandboek inclusief de voedingsrichtlijnen voor de broodtrommels uit mijn hoofd kennen, de kalender updaten met ieders schema erin, zijn moeder vragen of ze kan babysitten, bijhouden welke voedingsmiddelen en huishoudproducten bijna op zijn, ieders troep opruimen, de oneindige hel die was heet - zou hij het opvatten alsof ik zei: 'Kijk naar alles wat ik doe en jij niet. Je bent een slecht persoon omdat je me negeert en niet wat meer meehelpt.'

De verantwoordelijkheid voor al dit soort emotioneel werk dragen is frustrerend. Dat is tenminste het woord dat ik het vaakst hoor wanneer ik het met mijn vriendinnen heb over al het achter-de-schermen-werk dat zij doen. Het is frustrerend te worden opgezadeld met al deze verantwoordelijkheden, niemand die erkent hoe veel werk je eigenlijk doet, en geen mogelijkheid om dat te veranderen, behalve door een grote confrontatie.

'Wat me het meest dwarszit bij elke conversatie over emotionele arbeid, is dat ik als zeur wordt gezien', zegt Kelly Burch, freelance-journalist die vooral vanuit huis werkt. 'Mijn partner voelt zich geïrriteerd en aangevallen door het feit dat ik altijd laat weten wat hij niet doet. Hij sluit zich erdoor af. Ik begrijp wel dat het frustrerend is vanuit zijn perspectief, maar ik heb gewoon geen andere manier gevonden om hem er zich van bewust te maken hoeveel emotionele en mentale energie het mij kost om het huishouden draaiend te houden.'

Zelfs de conversatie over de disbalans in de emotionele werkzaamheden wordt een emotionele werkzaamheid.

Zelfs de conversatie over de disbalans in de emotionele werkzaamheden wordt een emotionele werkzaamheid. Het draait erop uit dat ik een afweging moet maken tussen het voordeel van het feit dat mijn man mijn frustratie begrijpt en de emotionele arbeid die ervoor nodig is om dat op zo'n manier te doen, dat het niet op een ruzie uitdraait. Meestal laat ik het maar, mezelf eraan herinnerend dat ik van geluk mag spreken met een partner die gewillig in actie komt wanneer ik hem een taakje toebedeel. Ik weet dat ik het makkelijk heb, vergeleken met heel veel andere vrouwen. Mijn man doet veel. Hij doet trouw elke avond de afwas. Hij kookt geregeld. Hij brengt de kinderen naar bed wanneer ik moet werken. En als ik hem vraag een extra klusje te doen, dan doet hij dat zonder morren. Ik voel me dikwijls inhalig dat ik nog meer van hem verlang.

Maar toch maak ik me zorgen hoe die mentale workload die bijna exclusief door vrouwen wordt gedragen zich vertaalt in een fundamentelere zenderongelijkheid, als die op persoonlijk vlak al lastig af te zweren is. Het is moeilijk om mijn kinderen een gelijkwaardig huishouden voor te houden als ze tegelijk zien dat ik de manager van het huishouden ben, degene die de huishoudverantwoordelijkheden delegeert of zelf uitvoert. Ik zie hoe mijn zoon en dochter onze dynamiek gadeslaan en er hun eigen rollen voor de toekomst naar proberen te vormen.

Wanneer ik mijn dochters haar borstel, dan doe ik datgene dat van me wordt verwacht. Wanneer mijn man haar haar borstelt voor ze naar bed gaat, dan moet dat uitvoerig bejubeld en bezongen worden en benadrukt hij luid wat een werk het wel niet was. Er zijn heel veel van dit soort situaties, waarin een taakje dat ik normaal altijd doe een keer door mijn man wordt uitgevoerd, waarna dat dan uitvoerig door ons allemaal moet worden becomplimenteerd. Het lijkt een kleine irritatie, maar het staat voor iets veel groters.

Mijn zoon zal zich op de borst kloppen over hoe hij zijn kamer heeft opgeruimd, mijn dochter zal stilletjes haar kleren in de wasmand werpen en zich aankleden zonder dat dat haar expliciet wordt gevraagd. Ze zijn respectievelijk zes en vier. Tenzij ik me het onderwerp van emotionele arbeid meer aantrek en actief het rollenpatroon ga doorbreken, zullen onze kinderen uiteindelijk in eenzelfde patroon belanden. Ze treden nu al in onze voetsporen en wij leiden hen naar de zelfde disbalans.

'Kinderen leren hun communicatiepatronen en genderrollen (kinder herkennen 'gepast' seksgedrag vanaf hun derde) uit een variëteit aan mensen en instituties, maar hun ouders zijn degenen met wie ze in theorie het meeste interactie hebben,' zegt Dr. Ramsey. Dus als we de verwachtingen omtrent emotionele arbeid willen veranderen voor de volgende generatie, moeten we thuis beginnen. 'Voor ouders betekent dat dat ze ervoor moeten zorgen dat de ene ouder niet meer van een bepaald type werk doet dan de andere. Als je het hebt over hoe de emotionele werkzaamheden nu nog verdeeld zijn, zullen meisjes hopelijk leren dat er niet van hen wordt verwacht dat zij daarmee belast zijn, en jongens zullen hopelijk leren dat ze niet van vrouwen mogen verwachten dat zij dit type werk voor hen doen. Kinderen die zien hoe hun ouders de emotionele taken verdelen zullen het later normaal vinden dat dit type werk gelijk tussen mannen en vrouwen wordt verdeeld.'

Ik weet dat het niet makkelijk zal zijn voor ons om de verdeling van de emotionele arbeid te tacklen, en ik verwacht ook niet dat het ooit compleet gelijk zal zijn. (ik geef toe dat ik van sommige soorten emotionele arbeid veel meer zal genieten dan mijn man dat zou doen, zoals maaltijden en vakanties plannen). Ik ben ook veel beter geoutilleerd om emotioneel werk te doen, omdat ik het al mijn hele leven heb gedaan. Maar met een beetje geluk heeft mijn man de rest van zijn leven voor zich om zijn emotioneel werkskills te verbeteren, en daarmee de toekomst van onze kinderen te veranderen. Onze zonen kunnen nog steeds leren om hun eigen lading te dragen. En onze dochters om die van anderen níet te dragen.

Meer van dit in je timeline? Like Harper's Bazaar op Facebook