Tienmaal waarom niet.
1) Het kost een berg. Wie mooi blond
wenst, investeert elke vier weken een bulkje euro's in een goede
kleurspecialist. Tel daarbij op alle shampoos en conditioners voor je everlasting, damage free, sheer, shine blonde (en wat dies meer zij) en je weet: dure grap.
2) Blondzucht. Lees: je haren zijn nooit af. Het blijft werk in uitvoering. Het draait allemaal om de perfecte kleur.
3)
Vlak na een verfbeurt waan je je Grace Kelly. Een maand later maakt die
plaats voor Britney Spears. Blond beïnvloedt je gemoedstoestand. Vlak
na een kleuring is er geen vuiltje aan de lucht, maar enkele weken later
is het hommeles – weet ook je omgeving.
4) Echt gebeurd: de schunnige oude man die iets influistert als: 'Ik heb iets met blond.' Niet oké.
5) Witblond, honingblond, buttery blond, asblond, platinablond, aardbeienblond. Gewoon blond, heeft u dat ook?
6) Hokjesmensen. Het crapuul dat niet verwacht dat je ook scherp en slim uit de hoek kunt komen when blonde.
7)
Blondie. Rapunzel. Goudlokje. Marilyn. Elle Woods. Je valt ten prooi
aan stompzinnige bijnamen. (Voor de duidelijkheid: niks mis met
bijnamen, maar Goudlokje? Come on…)
8) De kleur geel is niet aan jou besteed. In een heel enkel geval wel, maar voor de meesten geldt: Laat dat.
9)
Dode haarpunten zijn schering en inslag voor wie blond door het leven
gaat. Regelmatig naar de kapper is noodzaak – wat ons weer bij punt 1
brengt.
10) Het repertoire domme blondjes grappen is eindeloos.
